
De keuze van Jeroen Dijsselbloem voor een PSV-stoel in de directieloge van het Philips Stadion roept gemengde reacties op. Vanaf het nieuwe seizoen betaalt de gemeente Eindhoven 130.000 euro voor zeven stoelen, waaronder die van de burgemeester zelf. Hoewel hij dit ‘zelf betalen’ noemt, komt het geld uit de gemeentekas. Is dit zuiver bestuur of een dure schijnbeweging? De meningen onder Eindhovenaren lopen sterk uiteen.
Veel inwoners van Eindhoven vinden het moeilijk te verteren dat de belastingbetaler opdraait voor deze luxe plek. Volgens critici had Dijsselbloem, die als burgemeester een riant salaris ontvangt, de PSV-stoel prima uit eigen zak kunnen bekostigen.
“Het lijkt me dat het salaris van de burgemeester hoog genoeg is om de seizoenkaart zelf te betalen,” zegt Jan van Rijsingen. “Dit is een makkelijke manier om de kosten af te schuiven op de burger.”
Wim van Grunsven noemt het zelfs “volkomen belachelijk”:
“Een gratis plek wordt afgewezen, en nu mogen wij als inwoners van Eindhoven betalen. Straks gaat de OZB weer omhoog.”
De keuze voor de duurste plek in het stadion, vlak naast PSV-directeur Marcel Brands, roept ook vragen op. Petra van de Ven vraagt zich af:
“Je kunt toch ook gewoon op de eretribune zitten, net zoals Frits Philips vroeger bewust deed?”
Volgens Jeroen Dijsselbloem is het besluit juist genomen om transparant te zijn. Hij wil geen schijn van belangenverstrengeling of vriendjespolitiek wekken. Door de gemeente een marktconforme prijs te laten betalen voor de logeplekken, houdt hij afstand tussen zijn ambt en de club.
Toch is de vraag of dit niet juist averechts werkt. De gemeente betaalt immers wél, en het bedrag van 130.000 euro per jaar is fors – zeker in tijden waarin burgers hun energierekening en huur nauwelijks kunnen opbrengen.
Maaike van Wijgerden merkt op dat de logeplekken ook worden gebruikt voor topambtenaren en persoonlijke contacten.
“Waarom zouden zij geen marktconforme bijdrage leveren? Als je zuiverheid nastreeft, wees dan ook consequent.”
Toch zijn er ook Eindhovenaren die het besluit van Jeroen Dijsselbloem rond zijn PSV-stoel begrijpen en ondersteunen. Jurgen Bakermans wijst op de belangrijke economische rol van PSV voor de stad en de regio.
George de Bohun stelt:
“De stoel is voor het ambt, niet voor de persoon. Als je via zo'n plek aan tafel komt bij deals over woningbouw of gebiedsontwikkeling, is dat geen verspilling maar relatiebeheer.”
Ook Charles Beerenhout benadrukt het dubbele signaal:
“Als hij niet gaat, is hij onbetrokken. Gaat hij gratis, is het vriendjespolitiek. Laat de gemeente betalen, en dan is het ook weer fout.”
Sommigen vinden de ophef zelfs overdreven. Anselm van Kreij heeft het uitgerekend:
“Het kost de burger nog geen 0,003 euro per jaar. Is dat het grote probleem waar we ons druk om moeten maken?”
Het debat over de PSV-stoel van Jeroen Dijsselbloem raakt aan meer dan voetbal en prestige. Het gaat over de grenzen van publieke verantwoordelijkheid, over zuiverheid in bestuur en over de vraag wie uiteindelijk betaalt voor zichtbaarheid en relaties van politici. Voor de een is het een terechte investering, voor de ander pure symboolpolitiek. Maar dat het gesprek leeft, is duidelijk.
Meer weten over de nieuwe regionale samenwerking van PSV? Klik dan hier!